woensdag 29 september 2010

Jour de fête

Dit voorjaar verbleef ik een maand in Parijs. In die tijd verkende ik, gewapend met een stapeltje tickets voor de metro en een camera, vrijwel dagelijks de stad. Op een van de laatste dagen van mijn verblijf raakte ik verzeild op het Ile St.-Louis. In de kleine straatjes wemelt het daar van de wat chiquere toeristenwinkeltjes en galerietjes. Maar daarvoor was ik niet in Parijs. Ook niet voor de hoosbui die even later losbarstte, trouwens. Onder een dicht bebladerde plataan en een iel parapluutje wachtte ik tot de bui over was.
   Na een minuut of tien kon ik verder. Ik ging naar de westelijke punt van het eiland en belandde op een stil pleintje met een mooi zicht op de rivier. Het pleintje zelf was met de druipende bomen, kitscherige staatlantaarns, glimmende keien en groene bankjes Parijs 'over the top'. Maak daar maar eens een foto die uitstijgt boven de romantische clichébeelden waarmee je in winkels en galeries in Parijs wordt doodgegooid; vooral nostalgisch zwart-wit is erg populair. Ik probeerde toch maar wat - zo langzamerhand begin ik m'n analoge zuinigheid een beetje kwijt te raken en druk wat makkelijker op de ontspanknop van m'n digitale reflex – want de locatie had te veel potentie om zomaar aan voorbij te gaan. 'Deleten' kon altijd nog.

Talent
Vorige week ging de expositie 'Beeldverhalen' van Johan van der Keuken in het Fotografiemuseum Amsterdam van start. Van de Keuken (1938-2001) was een vermaard fotograaf en cineast. En hij had wel wat met Parijs. Reden genoeg om een kijkje te gaan nemen op de opening.
   Johan van der Keuken publiceerde zijn eerste fotoboek toen hij zeventien was. Het heette 'Wij zijn zeventien'. De foto's geven een indringend beeld van een generatie èn van het talent van Van der Keuken. Hij maakte niet alleen uitstekende portretten maar bleek ook een scherp gevoel voor de tijdgeest te hebben. Ongelofelijk voor een jongen van zeventien.
   Een jaar later vertrok Van der Keuken naar Parijs om te studeren aan het Instituut voor Gevorderde Cinematografische Studies. Vanaf die tijd is hij fotograaf en filmer. En dat blijft hij zijn hele leven. Voor Van de Keuken zijn het geen gescheiden werelden. Foam-curator Marcel Feil wees hier in zijn openingswoord ook op: Als filmer had Van de Keuken een feilloos gevoel voor beeld en als fotograaf experimenteerde hij graag met beeldreeksen en sequenties. De samenstellers van de expositie, Willem Zoetendaal en Noshka van de Lely, hebben ervoor gekozen juist dit aspect van het oeuvre van Van der Keuken centraal te stellen.

Filmisch

Het is boeiend om te zien hoe de fotograaf door beelden te combineren of te herhalen het filmische element 'tijd' toevoegt aan stilstaande beelden. Dat gebeurt zowel in het klein, bijvoorbeeld met een paar zwart-wit foto's van een man, een jongen en een bal, als in het groot. Aan het eind van de expositie hangt een prachtig gepresenteerd mozaïek van grote kleurenfoto van passanten. Maar dat is slechts het toetje. Het hoofdmaal krijgt de bezoeker direct opgediend bij binnenkomst in de 'erezaal' van het museum.
    Hier staat een van de bekendste foto's van Johan van der Keuken centraal. Het is een opname van een man en een vrouw die in Parijs op straat dansen tijdens de viering van de veertiende juli. De foto is voor het eerst gepubliceerd in het boek 'Paris mortel', dat in 1963 verscheen. Het was geen 'lucky shot' want de fotograaf heeft in de loop van de middags en avond meer dan dertig foto's gemaakt van dit straatfeest - dat is best veel voor een fotograaf die zuinig moest zijn met zijn filmpjes! - Van deze reeks was tot nu toe alleen die ene foto bekend. In het Foam zijn nu ook fraaie afdrukken van die andere 32 opnamen te zien.

Quatorze Juillet, foto Johan van der Keuken (1958)

Het is fascinerend om over de schouder van de fotograaf mee te kijken. Je ervaart hoe hij een geschikt standpunt zoekt (vanaf het muziekpodium of op straat tussen de mensen), waar zijn aandacht naar uitgaat en de momenten die hij kiest om af te drukken. Het is ook mooi om te zien hoe het beeld dat Van der Keuken uiteindelijk selecteerde voor zijn boek, met kop en schouders boven de andere foto's uitsteekt. Dat is geen geluk maar het resultaat van empathie, vasthoudendheid, concentratie.
    In de toelichting lees ik dat Van der Keuken deze serie op de veertiende juli 1958 gemaakt heeft op het Ile de St.-Louis. Ik kijk nog eens goed naar de beelden en herken nu het verregende pleintje van een paar maanden geleden. Ik rommelde daar wat met m'n digitale camera. Van der Keuken schreef er geschiedenis met een prachtige, veelzeggende zwart-witfoto die de tand des tijds moeiteloos heeft doorstaan. Niks nostalgie of kitsch maar een tijdloos en vitaal beeld van mensen die genieten van het leven en van elkaar. Om jaloers op te zijn.

Ile St.-Louis, foto Sietse Postma (mei 2010)